In Haspengouw ligt een mooi dorp verscholen: Lincent, Lijsem in het Nederlands, op de weg tussen Tienen en Hoei.
Lincent heeft een leemachtige ondergrond die van oudsher zorgt voor een bloeiende landbouwactiviteit.
Naast landbouwers had je in Lincent ook broodovenbouwers die in de hele streek bekend waren. Ze werden 'forguinis' genoemd' (ovenbouwers), vandaag de bijnaam van de inwoners van het dorp. De nagedachtenis aan die ambachtslieden leeft voort in een standbeeld van ijzerdraad, dat zich op een rotonde bevindt bij het verlaten van de autosnelweg Brussel-Luik. De broodovens werden vervaardigd uit tufkrijtsteen die afkomstig was van een groeve in het dorp. Tufkrijtsteen werd ook gebruikt om een aantal gebouwen op te trekken, zoals de bijzonder fraaie romaans-gotische kerk, waarvan de ruïnes dienstdoen als kader voor optredens en events en sinds 1940 beschermd zijn door Monumenten en Landschappen.
Het dorp telt ook twee kastelen: het kasteel van Michaux, in neogotische stijl, met twee vierkante torens en opgetrokken in 1904 volgens de plannen van architect Froment door plaatselijk aannemer Théophile Henrioulle, en het kasteel van Ulens, dat moderner is en op de weg naar Hoei is gelegen.
Naast het kasteel van Michaux aan de rue des Écoles tref je een oude hoeve met vierkante binnenkoer, een voormalig bijgebouw van het kasteel, die vandaag is uitgegroeid tot gastronomische trekpleister. Het neoklassieke gemeentehuis dateert uit de jaren 1870 en is een van de eerste werken van architect Poelaert, die bekendheid verwierf als architect van het Brusselse Justitiepaleis.
Veel huizen die de voorbije eeuwen in tufkrijtsteen werden opgetrokken, zijn vandaag nog altijd goed zichtbaar en vaak mooi gerestaureerd. Het bier 'Li Pireye di Licint' is een van de pareltjes van het dorp. Het heeft een zachte smaak en werd genoemd naar de plaats waar de tufkrijtgroeve zich bevond.
