pxd.jpgAbbaye de la Paix-Dieu
©Abbaye de la Paix-Dieu

Land van opmerkelijke abdijen

Ontdek de sereniteit van de abdij van Paix-Dieu, de elegantie van de abdij van Flône, de rust van de abdij van Val Notre Dame en de authenticiteit van de abdij van Solières. Deze abdijen liggen in een prachtige natuurlijke omgeving en hebben een rijke en fascinerende geschiedenis. Ontdek deze erfgoedschatten en laat je betoveren door de tijdloze magie van de abdijen van Terres-de-Meuse.

Abdij van Paix-Dieu

De stichting van de abdij van La Paix-Dieu maakte deel uit van een vrouwelijke mystieke beweging die haar stempel drukte op het bisdom Luik in het begin van de 13e eeuw. Rond 1238 stichtte een groep cisterciënzer nonnen uit Val-Benoît in Luik een nieuw klooster in het dorp Oleye (Waremme). In 1244 werd de abdij verplaatst naar een vallei, aan de samenvloeiing van verschillende stromen. De huidige gebouwen, in de Mosan-stijl, dateren uit de 17e en 18e eeuw en zijn de opvolgers van constructies die brand, plundering, oorlog of ingrijpende verbouwingen hebben ondergaan.

La Paix-Dieu heeft een architectonische eenheid dankzij het gebruik van traditionele materialen en technieken zoals baksteen, Mosan-kalksteen en leisteen. Na de verkoop als nationaal bezit in 1797 en de verspreiding van de nonnen werden de kloostergebouwen echter ernstig beschadigd. Het klooster en de binnenplaats werden ontmanteld om materialen te bergen, de kerk werd verbouwd tot schuur, de vleugel van de abdis tot distilleerderij en vervolgens tot stal en de gastenverblijven werden verlaten. De molen en brouwerij bleven in bedrijf, maar de laatste werd in 1878 gesloopt en de molen werd in de jaren 1950 verlaten.

In de jaren 1992-1993 nam het Waals Gewest echter maatregelen om de site te beschermen. Sinds 1997 worden de gebouwen geleidelijk aan gerestaureerd en opgeknapt om er het “Centre de perfectionnement aux métiers du patrimoine” in onder te brengen, dat wordt beheerd door het Agence wallonne du Patrimoine en waar ook het kantoor van het Secrétariat des Journées du Patrimoine is ondergebracht.

Wist je dat?

De naam Paix-Dieu zou zijn ontstaan uit een opmerkelijke verzoening tussen Arnould de Corswarem en zijn broer, toen ze op het punt stonden een broederlijk duel uit te vechten. Arnould, ongewapend, riep in de naam van God de vrede in van zijn broer, die zijn verzoek inwilligde. Nadat hij dankzij de goddelijke tussenkomst gespaard was gebleven, wijdde Arnould zich volledig aan God door minderbroeder franciscaan te worden en zijn erfenis na te laten om een klooster van cisterciënzer nonnen te stichten.


Abdij van Flône

De voormalige abdij van Flône was een klooster van Augustijner kanunniken gelegen in Amay, aan de oevers van de Maas, omgeven door dichte vegetatie en genesteld tussen rotsen. Gesticht aan het begin van de 11e eeuw, groeide het klooster snel dankzij de giften en voordelen van verschillende graven. De kanunniken ontwikkelden hier opmerkelijke industriële en agrarische activiteiten.

Het klooster werd in 1568 helaas beschadigd door de calvinistische troepen van de Prins van Oranje als gevolg van de Godsdienstoorlogen. Tijdens de Renaissance in de 17ee en 18eee eeuw werden er echter nieuwe gebouwen opgetrokken, die een complex rond twee binnenplaatsen vormden, met de Matthiaskerk in het midden. In 1796 hield de abdij op te bestaan toen haar bezittingen door de Franse revolutionaire machten werden geconfisqueerd en openbaar verkocht. De site werd vervolgens omgevormd tot een privékasteel en in 1921 kochten de Dames van de Christelijke Instructie het hele gebouwencomplex om er hun hoofdvestiging van te maken, waarmee het Institut de l’Instruction Chrétienne werd opgericht. In de loop der jaren werd het instituut opengesteld voor co-educatie en verwelkomde het dagleerlingen. Er werden bijgebouwen gebouwd en een afgesloten loopbrug over de Romeinse weg werd gebouwd om een verbinding te maken met het “Château Goffart” uit 1905. Een sporthal maakt het complex compleet.

De Abdij van Flône is privébezit. Wij vragen u beleefdheid en discretie te betrachten tijdens uw bezoek. Toegang tot het interieur van de gebouwen is strikt verboden zonder toestemming.

Kerk van Saint-Mathieu

  • een blauwstenen doopvont uit de 12e eeuw,
  • zeer rijk kerkmeubilair, waaronder koorstoelen,
  • schilderijen van de schilder Fisen,
  • vier grafplaten uit de 16e en 18e eeuw
  • de orgels in de abdijkerk. Ze zijn geklasseerd als uitzonderlijk erfgoed van Wallonië en werden rond 1710 gebouwd door de Mechelse orgelbouwer Karel Dillens.

De kerk is open voor het publiek van maandag tot zondag van 8 tot 17.30 uur. Behalve in uitzonderlijke omstandigheden, gelieve op voorhand contact op te nemen met Zuster Eva op 0486/605 450


Abdij van Val Notre-Dame

De abdij van Val Notre-Dame d’Antheit was een klooster van cisterciënzer nonnen dat rond 1200 werd gesticht. Voor de stichting was de plek in de 7e eeuw een bloeiende ziekenboeg en in 1180 werd er een religieuze gemeenschap gevestigd. In 1218 werd hier een kerk gebouwd en het klooster kende een periode van groei in de 13e eeuw.

Het klooster kende echter perioden van verval en werd getroffen door oorlogen en de Franse Revolutie, wat leidde tot de verkoop. Tegenwoordig zijn de overgebleven gebouwen van de voormalige abdij omgebouwd tot een internaat voor studenten, waar ze algemene of technische humaniora kunnen studeren.

De overblijfselen van de voormalige abdij omvatten een monumentale poort met torentjes, een groot hoofdgebouw, een schuur, een duiventil en tuinen. De herberg, de woning van de abt, de duiventil en de abdijboerderij behoren tot de beschermde onderdelen van het terrein.

De monumentale poort draagt de initialen N.W. (Nicole de Waha, 1624-1648) en de datum 1629.


Abdij van Solières

De oorsprong van het “abdij”-kasteel van Solières gaat terug tot 1214, toen het diende als zetel van een gemengde broederschap van de Ordes van Sint-Augustinus (1230-1261) en de Cisterciënzers (1230 tot het einde van het Ancien Régime). Na verloop van tijd werd de oostelijke vleugel van het klooster vervangen door het huidige kasteel, dat in de tweede helft van de 17e eeuw werd verbouwd tot kloostergebouw.

Nadat het klooster in 1793 werd opgeheven, werd het gebouw opnieuw een kasteel en in 1807 werd het eigendom van de ontvanger-generaal van het departement Ourthe, Charles Desoer, die ook het kasteel van Kinkempois bij Luik bezat.

Heden ten dage staat het abdijpaleis bekend als het ‘Château de l’Abbaye de Solières’. Sinds 1984 staan alle gebouwen en het omliggende gebied op de lijst van het onroerende erfgoed van Wallonië.

Dit vind je misschien ook leuk

Sluiten